Omgevingsthermostaat
Gebruikershandleiding
4
Inleiding
U kunt de thermostaat met display gebruiken in airco- en verwarmingsinstallaties, zowel ter
plaatse (met de toetsen) als op afstand (met de software Hotelsupervision, MyHOME_Up of
HOMETOUCH, zie de paragraaf De thermostaat gebruiken).
Het led display geeft de functioneringswijze van de thermostaat (antivries/thermische beveiliging
of verwarming/airconditioning), de gemeten omgevingstemperatuur, de geprogrammeerde
temperatuur, de snelheid van de luchtverhitter-ventilator, de status van het raamcontact en de
status van de zone..
Het verwarmingssysteem wordt geactiveerd en het bijbehorende symbool wordt weergegeven als
de gemeten temperatuur lager dan de referentiewaarde (setpoint) is.
Het aircosysteem wordt geactiveerd en het bijbehorende symbool wordt weergegeven als de
gemeten temperatuur hoger dan de referentiewaarde (setpoint) is.
De thermostaat kan geprogrammeerd worden (informeer hiernaar bij uw installateur) voor
de automatische omschakeling tussen de airco- en verwarmingsfuncties n.a.v. bepaalde
drempelwaarden.
Referentietemperaturen geconfigureerd door de installateur met de software MyHOME_Suite en
Hotelsupervision (Eco, Comfort en Beveiliging).
U kunt deze met MyHOME_Suite of Hotelsupervision activeren als ze geconfigureerd zijn
Belangrijke beginselen
Verwarmingsfunctie
Aircofunctie
Automatische omschakeling
Setpoint
De standaard referentietemperatuur waarop de warmteregeling in- of uitgeschakeld wordt.
De ingestelde waarde moet liggen tussen een minimum- en maximumniveau (bereik) die door uw
installateur zijn geconfigureerd
Geprogrammeerde temperatuur
Opmerking: de achtergrond en de weergegeven iconen kunnen van de achtergrond en de iconen op
het apparaat afwijken.
40
35Thermische beveiliging
Maximum niveau
Minimum niveau
30
25
7
Comfort
18
Eco
21
Comfort
28
Eco
Antivries
20
15
10
5
3
Setpoint
Geprogrammeerde temperatuur