HP Photosmart Plus e-All-in-One
B210 series
Inhoudsopgave
1 Help voor HP Photosmart Plus e-All-in-One B210 series.....................................................3
2 Kennis maken met de HP Photosmart
Printeronderdelen.......................................................................................................................5
Functies van het bedieningspaneel............................................................................................8
Apps Manager............................................................................................................................9
3 Hoe kan ik?..............................................................................................................................11
5 Afdrukken
Afdrukken van willekeurige locatie...........................................................................................20
Tips voor succesvol afdrukken.................................................................................................20
6 Kopiëren en scannen
Scannen naar een computer....................................................................................................23
Tekst of gemengde documenten kopiëren...............................................................................24
Tips om succesvol te kopiëren en te scannen..........................................................................27
7 Met cartridges werken
Vervang de cartridges..............................................................................................................29
Informatie over de cartridgegarantie.........................................................................................31
Inktproducten bestellen............................................................................................................31
De printkop automatisch reinigen.............................................................................................32
Geschatte inktniveaus controleren...........................................................................................32
Tips voor het werken met inkt...................................................................................................33
8 Aansluitmogelijkheden
De HP Photosmart aan een netwerk toevoegen......................................................................35
Tips voor het instellen en gebruiken van een netwerkprinter...................................................40
9 Een probleem oplossen
Meer help..................................................................................................................................43
De afdrukkwaliteit verbeteren...................................................................................................43
Verhelp de papierstoring vanuit de achterklep.........................................................................45
Er kan niet worden afgedrukt....................................................................................................45
HP-ondersteuning.....................................................................................................................49
10 Technische informatie
Kennisgeving............................................................................................................................51
Informatie over de cartridgechip...............................................................................................51
Specificaties..............................................................................................................................52
Programma voor milieubeheer.................................................................................................53
Overheidsvoorschriften.............................................................................................................59
Wettelijke informatie betreffende draadloze apparatuur...........................................................62
Index..............................................................................................................................................67
1
Inhoudsopgave
2
Inhoudsopgave
1 Help voor HP Photosmart Plus e-
All-in-One B210 series
Meer informatie over de HP Photosmart vindt u hier:
•"
Kennis maken met de HP Photosmart" op pagina 5
•"
Hoe kan ik?" op pagina 11
•"
Afdrukken" op pagina 17
•"
Kopiëren en scannen" op pagina 23
•"
Met cartridges werken" op pagina 29
•"
Aansluitmogelijkheden" op pagina 35
•"
Technische informatie" op pagina 51
•"
HP-ondersteuning" op pagina 49
Help voor HP Photosmart Plus e-All-in-One B210 series 3
Help voor HP Photosmart Plus e-All-
in-One B210 series
Hoofdstuk 1
4 Help voor HP Photosmart Plus e-All-in-One B210 series
Help voor HP Photosmart Plus e-All-
in-One B210 series
2 Kennis maken met de HP
Photosmart
Printeronderdelen
Functies van het bedieningspaneel
Apps Manager
Printeronderdelen
Vooraanzicht van de HP Photosmart
Kennis maken met de HP Photosmart 5
Kennis maken met de HP
Photosmart
MMC
1 Klep
2 Glasplaat
3 Grafisch kleurenscherm (ook wel het display/scherm genoemd)
4 Fotolampje
5 Geheugenkaartsleuf voor Memory Stick en Secure Digital-kaarten
6 Uitvoerlade
7 Verlengstuk van de uitvoerlade (ook wel ladeverlengstuk genoemd)
8 Papierbreedtegeleider voor de fotolade
9 Fotolade
10 Lampje voor draadloze communicatie
11 Knop Aan
12 Binnenkant van klep
13 Cartridgeklepje
14 Papierbreedtegeleider voor de hoofdlade
15 Hoofdinvoerlade (ook wel invoerlade genoemd)
Boven- en achteraanzicht van de HP Photosmart
Hoofdstuk 2
6 Kennis maken met de HP Photosmart
Kennis maken met de HP
Photosmart
21
20
19
18
17
16
16 Printkopeenheid
17 Cartridgetoegangsgebied
18 Plaats van modelnummer
19 USB-poort aan de achterkant
20 Stroomaansluiting (Gebruik alleen de netadapter die door HP is geleverd.)
21 Achterklep
Printeronderdelen 7
Kennis maken met de HP
Photosmart
Functies van het bedieningspaneel
Afbeelding 2-1 Kenmerken van het bedieningspaneel
1 Start: hiermee keert u terug naar het scherm Start (het standaardscherm wanneer u het
apparaat inschakelt).
2 Pijltjestoetsen: hiermee kunt u door de foto's en menuopties bladeren. Raak de rechter
pijltjestoets aan om naar het bijkomende scherm Start te gaan.
3 Terug: keert terug naar het vorige scherm op het beeldscherm.
4 Foto: hiermee wordt het menu Foto geopend.
5 Kopiëren: opent het menu Kopiëren van waaruit u een kopieertype kunt selecteren of de
kopieerinstellingen kunt wijzigen.
6 Scannen: opent het menu Scannen naar waarin u een bestemming kunt selecteren voor
uw scan.
7 Annuleren: beëindigt de huidige bewerking.
8 Help: hiermee opent u het menu Help op een scherm waarin u een item kunt selecteren om
er meer over te weten te komen. Door vanuit het scherm Start te drukken op Help, worden
de onderwerpen weergegeven waar hulp voor beschikbaar is. Afhankelijk van het item dat u
hebt geselecteerd, verschijnt het item op uw display of op het computerscherm. Wanneer u
andere schermen dan het scherm Start bekijkt, biedt de knop Help hulp die van toepassing
is op het huidige scherm.
9 Configuratie: hiermee opent u het menu Instellingen, waarmee u apparaatinstellingen kunt
wijzigen en onderhoudsfuncties kunt gebruiken.
10 Snapfish: opent Snapfish van waaruit u uw foto's kunt uploaden, bewerken en delen.
Snapfish is mogelijk niet beschikbaar afhankelijk van uw land/regio.
11 Apps: Apps biedt een snelle en gemakkelijke manier om toegang te krijgen tot informatie op
het web, zoals kaarten, bonnen, kleurplaten en puzzels, en om deze af te drukken.
12 Menu Netwerk: Opent het draadloze menu waar u de draadloze instellingen kunt aanpassen.
13 HP ePrint: Opent het HP ePrint waar u de service kunt in- of uitschakelen, het e-mailadres
van de printer kunt weergeven en een informatiepagina kunt afdrukken.
Hoofdstuk 2
8 Kennis maken met de HP Photosmart
Kennis maken met de HP
Photosmart
Apps Manager
U kunt de Apps Manager gebruiken om nieuwe Apps toe te voegen of Apps te
verwijderen.
BeherenApps
Nieuwe Apps toevoegen.
a. Druk op Apps op het scherm Home.
b. Druk op de pijltjestoetsen om te scrollen naar de optie Meer menu. Druk op OK.
Controleer de gewenste Apps. Druk op OK. Volg de opdrachten.
Apps Manager 9
Kennis maken met de HP
Photosmart
Hoofdstuk 2
10 Kennis maken met de HP Photosmart
Kennis maken met de HP
Photosmart
3 Hoe kan ik?
Dit gedeelte bevat koppelingen naar veelvoorkomende taken, zoals het afdrukken van
foto's, scannen en kopiëren.
"Apps Manager" op pagina 9 "Scannen naar een computer" op pagina 23
"
Vervang de cartridges" op pagina 29 "Tekst of gemengde documenten kopiëren"
op pagina 24
"
Afdrukmateriaal laden" op pagina 13 "Verhelp de papierstoring vanuit de achterklep"
op pagina 45
Hoe kan ik? 11
Hoe kan ik?
Hoofdstuk 3
12 Hoe kan ik?
Hoe kan ik?
4 Elementaire informatie over
papier
Afdrukmateriaal laden
Voer een van de volgende bewerkingen uit:
Plaats papier van 10 x 15 cm
a. Til de klep van de fotolade omhoog.
Til de klep van de fotolade omhoog en schuif de papierbreedtegeleider naar
buiten.
b. Plaats papier.
Plaats de stapel fotopapier in de fotolade met de korte rand naar voren en de
afdrukzijde naar beneden.
Schuif de stapel papier vooruit totdat de stapel niet verder kan.
Opmerking Als het fotopapier dat u gebruikt geperforeerde lipjes heeft,
plaatst u het fotopapier zo dat de lipjes naar u zijn gekeerd.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het
papier aankomt.
Elementaire informatie over papier 13
Elementaire informatie over papier
c. Breng de klep van de fotolade omlaag.
Plaats papier van A4- of 8,5 x 11 inch formaat
a. Til de uitvoerlade omhoog.
Klap de uitvoerlade omhoog en houd hem in open positie.
Schuif de papierbreedtegeleider naar buiten
Verwijder alle papier uit de hoofdinvoerlade.
b. Plaats papier.
Plaats de stapel papier in de hoofdinvoerlade met de korte rand naar voren
en de afdrukzijde naar beneden.
Hoofdstuk 4
14 Elementaire informatie over papier
Elementaire informatie over papier
Schuif de stapel papier vooruit totdat de stapel niet verder kan.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het
papier aankomt.
c. Laat de uitvoerlade zakken.
Breng de uitvoerlade omlaag en schuif het verlengstuk van de lade zo ver
mogelijk naar u toe. Draai de papierbak aan het einde van het verlengstuk
van de lade.
Opmerking Laat de papiergreep gesloten als u papier van Legal-
formaat gebruikt.
Enveloppen plaatsen
a. Til de uitvoerlade omhoog.
Klap de uitvoerlade omhoog en houd hem in open positie.
Schuif de papierbreedtegeleider naar buiten
Verwijder alle papier uit de hoofdinvoerlade.
Afdrukmateriaal laden 15
Elementaire informatie over papier
b. Plaats de enveloppen.
Plaats een of meer enveloppen tegen de rechterzijde van de hoofdinvoerlade
met de flap van de envelop naar boven en aan de linkerkant.
Schuif de stapel enveloppen vooruit totdat de stapel niet verder kan.
Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen totdat deze tegen de stapel
enveloppen komt.
c. Laat de uitvoerlade zakken.
Hoofdstuk 4
16 Elementaire informatie over papier
Elementaire informatie over papier
5 Afdrukken
"Documenten afdrukken" op pagina 17
"Foto's afdrukken" op pagina 18
"Enveloppen afdrukken" op pagina 19
"Afdrukken van willekeurige locatie" op pagina 20
Verwante onderwerpen
"
Afdrukmateriaal laden" op pagina 13
"
Afdrukken van willekeurige locatie" op pagina 20
"
Tips voor succesvol afdrukken" op pagina 20
Documenten afdrukken
De meeste afdrukinstellingen worden in de software automatisch afgehandeld. U hoeft
de instellingen alleen handmatig te wijzigen als u de afdrukkwaliteit wilt veranderen, als
u wilt afdrukken op speciale papiersoorten of transparanten of als u speciale functies wilt
gebruiken.
Afdrukken vanuit een softwaretoepassing
1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst.
2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing.
3. Controleer of het product de geselecteerde printer is.
4. Als u instellingen moet wijzigen, klikt u op de knop waarmee het dialoogvenster
Eigenschappen wordt geopend.
Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen,
Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren.
Opmerking Als u een foto afdrukt, moet u opties selecteren voor het juiste
fotopapier en voor de verbetering van de foto.
Afdrukken 17
Afdrukken
5. Selecteer de gewenste opties voor de afdruktaak met de functies die beschikbaar zijn
op de tabbladen Geavanceerd, Snel afdrukopties instellen, Effecten, en Kleur.
Tip U kunt eenvoudig de gewenste opties voor uw afdruktaak selecteren door
een van de vooraf ingestelde taken op het tabblad Snel afdrukopties instellen
te kiezen. Klik op een type afdruktaak in de lijst Snel afdrukopties instellen. De
standaardinstellingen voor het type afdruktaak worden ingesteld en samengevat
op het tabblad Snel afdrukopties instellen. Indien nodig kunt u de instellingen
hier aanpassen en uw aangepaste instellingen opslaan als nieuwe snelle
afdrukoptie. Als u een aangepaste optie voor snel afdrukken wilt opslaan,
selecteert u de desbetreffende optie en klikt u op Opslaan als. Om een sneloptie
te verwijderen, selecteert u de sneloptie en klikt u op Verwijderen.
6. Klik op OK om het dialoogvenster Eigenschappen te sluiten.
7. Klik op Afdrukken of OK om het afdrukken te starten.
Verwante onderwerpen
•"
Afdrukmateriaal laden" op pagina 13
•"
Tips voor succesvol afdrukken" op pagina 20
Foto's afdrukken
"Foto's afdrukken die op uw computer zijn opgeslagen" op pagina 18
Foto's afdrukken die op uw computer zijn opgeslagen
Een foto afdrukken op fotopapier
1. Plaats papier van tot 13 x 18 cm (5 x 7 inch) in de fotolade of fotopapier van groot
formaat in de hoofdinvoerlade.
2. Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het papier
aankomt.
3. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing.
4. Controleer of het product de geselecteerde printer is.
5. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen,
Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren.
6. Klik op het tabblad Functies.
7. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Papiersoort, in het gedeelte
Basisopties. Selecteer vervolgens de gewenste fotopapiersoort.
8. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Formaat, in het gedeelte
Formaatwijzigingsopties. Selecteer vervolgens het juiste papierformaat.
Als het papierformaat en de papiersoort niet compatibel zijn, geeft de printersoftware
een waarschuwingsbericht weer en kunt u een ander papierformaat of een andere
papiersoort selecteren.
Hoofdstuk 5
18 Afdrukken
Afdrukken
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70

teistes keeltes